Bij de Europese verkiezingen hebben de twee grote politieke families een fikse achteruitgang geboekt. Daarmee heeft de kiezer duidelijk het harde besparingsbeleid van de Europese Unie willen afstraffen, velen hebben de buik vol van de klassieke neoliberale recepten en van de wereldvreemde kaste van politici. Maar die afkeer, die veralgemeende onvrede over het gevoerde antisociaal beleid vertaalt zich grotendeels in een verschuiving naar populistisch en extreem rechts en in mindere mate naar de ecologisten. Behalve in België verliest consequent links bijna overal pluimen.